- Written by Suki Martis
Het is bijna 2020. De klok tikt: welke acties moet u nog voor het eind van dit jaar ondernemen of juist uitstellen tot volgend jaar om een fiscale faciliteit te benutten?
Wij hebben eerder dit jaar al een aantal belangrijke tips en aadachtspunten voor u op een rijtje gezet. Onze selectie is gebaseerd op de huidige wetgeving en rechtspraak en zijn de voorgestelde maatregelen uit het Belastingplan 2020 geanticipeerd. Eind december, wordt er bekend gemaakt of alle maatregelen ook daadwerkelijk de eindstreep zullen halen.
Wat al wel duidelijk is, is de meerderheid van de conservatieve partij in het Britse parlement wat betekend dat Brexit doorgaat. Hiermee ligt de onzekere periode nog niet achter ons, maar zullen bedrijven zich moeten voorbereiden op de vooralsnog onduidelijke situatie. De eerstvolgende deadlines zijn halverwege en eind 2020. Indien de uittredingsovereenkomst door zowel het Verenigd Koninkrijk (VK) als de EU wordt geaccepteerd, dan zal het VK de EU per 31 januari 2020 verlaten.
Met onze selectie van tips komt u ook in 2020 niet voor verassingen te staan.
Voorkom desinvesteringsbijtelling
Bent u voornemens om een bedrijfsmiddel te verkopen dat u minder dan vijf jaar geleden hebt aangeschaft? Het is raadzaam om dit tot begin 2020 uit te stellen, mogelijk kunt u hiermee een desinvesteringsbijtelling voorkomen.
Maximaliseer uw kleinschaligheidsinvesteringsaftrek
Het maximale investeringsbedrag van 2019 bedraagt: €318.449. Indien u dit bedrag overschrijdt dan vervalt uw recht op investeringsaftrek. Wellicht kunt u uw investeringen (deels) uitstellen tot 2020 om alsnog in aanmerking te kunnen komen voor de investeringsaftrek.
Nieuwe tarieven vennootschapsbelasting
De vennootschapsbelastingtarief gaat wijzigen. Het lage tarief wordt stapsgewijs verlaagt terwijl het hoge tarief in 2020 gelijk blijft, maar in 2021 omlaaggaan.
Belastbare winst | Tarief 2019 | Tarief 2020 | Tarief 2021 |
Tot €200.000 | 19% | 16,5% | 15% |
Meer dan €200.000 | 25% | 25% | 21,7% |
Beperking belastingrente vennootschapsbelasting
Bij de vennootschapsbelasting is er geen belastingrente verschuldigd als de aanslag binnen vier maanden na het eind van het belastingjaar is gedaan en de aanslag in overeenstelling met de aangifte wordt opgelegd. Volgens de huidige regeling kan de belastingrente al in rekening worden gebracht over de periode vóór het verstrijken van de aangiftetermijn. Per 1 januari wordt dit uit de regeling gehaald, zodat de belastingrente pas na zes maanden verschuldigd is.
Belastingkorting vennootschapsbelasting
Als u de betaling van een voorlopige aanslag vennootschapsbelasting ineens betaald, kunt u nu van een betalingskorting benutten. Deze korting wordt per 2021 afgeschaft.
eHerkenning
Steeds meer overheidsinstanties vereisen dat ondernemers gebruik maken van eHerkenning voor het regelen van hun overheidszaken. Sinds 1 oktober 2019 is eHerkenning bijvoorbeeld vereist voor het aanvragen van een aantal diensten bij het UWV of de Belastingdienst. Doordat er verschillende beveiligingsniveaus noodzakelijk zijn voor verschillende instanties kan het aanvraagproces enige tijd in beslag nemen. Het is verstandig om na te gaan of eherkenning voor uw onderneming noodzakelijk is en eHerkenning direct aan te vragen, als dit nog niet gedaan is.
Compensatie transitievergoeding bedrijfsbeëindiging wegens pensionering of ziekte
Als kleine werkgever kunt u vanaf januari 2021 in aanmerking komen voor een compensatie van de transitievergoeding als u uw bedrijf moet beëindigen wegens ziekte of pensionering. Deze kunt u bij het UWV aanvragen.
Schijnzelfstandigheid
Met de inwerkingtreding van de Wet deregulering beoordeling arbeidsrelatie (Wet DBA) hebben organisaties die zzp’ers inhuren meer verantwoordelijkheid gekregen om de arbeidsrelatie met de zzp’er te beoordelen. Het kabinet wil de wet vervangen door nieuwe wetgeving en wil deze naar verwachting per 2021 invoeren. De nieuwe wetgeving gaat een minimumtarief voor zzp’ers invoeren ter bescherming van zelfstandigen aan de onderkant van de arbeidsmarkt; een zelfstandigenverklaring voor zzp’ers aan de bovenkant van de arbeidsmarkt; en een webmodule en opdrachtgeversverklaring voor werkgevers. Per 1 januari 2020 zal de Belastingdienst toezicht houden op schijnzelfstandigheid. Vanaf deze datum kan de Belastingdienst ook handhaven wanneer opdrachtgevers aanwijzingen van de Belastingdienst niet of onvoldoende opvolgen.
Werkkostenregeling
Wij adviseren u nogmaals om na te gaan of u de vergoedingen en verstrekkingen die u in 2019 aan uw werknemers hebt gegeven, correct hebt verwerkt en waar gewenst hebt aangewezen als eindheffingsbestanddelen voor de werkkostenregeling. Na afloop van het jaar kunnen deze alsnog aangewezen worden. Met deze controle kunt u tevens ook inventariseren of u voor het komende jaar rekening moet houden met extra kosten. U heeft het komende jaar iets meer werkkostenbudget (van 1,2% naar 1,7%) Als de door u aangewezen vergoedingen en verstrekkingen het werkkostenbudget voor 2019 overschrijden, dan bent u over de overschrijding 80 procent eindheffing verschuldigd.
Wet arbeidsmarkt in balans (WAB)
De WAB treedt per 1 januari 2020 in werking en moet het voor werkgevers aantrekkelijker maken om werknemers een vast contract aan te bieden. De wijzigingen die hiermee gepaard gaan hebben een impact op uw organisatie, budgetten en administratie. Bereid u dus tijdig voor op de WAB-wijzigingen.
- Ketenregeling
Het wordt mogelijk om gedurende drie jaar (in plaats van twee jaar) maximaal drie elkaar opvolgende contracten voor bepaalde tijd aan te gaan, voordat er sprake is van een contract voor onbepaalde tijd. De keten wordt pas doorbroken op het moment dat er zes maanden zutten tussen twee arbeidscontracten.
- Transitievergoeding
Met de wijziging van de wet hebben werknemers per 1 januari 2020 direct vanaf aanvang van het contract recht op een transitievergoeding. De vergoeding bedraagt een derde maandsalaris per gewerkt jaar.
- Oproepovereenkomst
Hierbij gelden voor de werkgever de volgende regels:
- De werknemer moet ten minste vier dagen van tevoren opgeroepen worden;
- Wordt de oproep ingetrokken, dan behoudt de oproepkracht recht op loon over de opgeroepen periode;
- Als het contract met de oproepkracht een jaar heeft geduurd, dan moet u als werkgever de werknemer een aanbod voor een contract met een vast aantal uren doen.
- Payroll
Payrollwerknemers krijgen dezelfde primaire en secundaire arbeidsvoorwaarden als gewone werknemers van de inlener die eenzelfde of vergelijkbare functie vervullen. Daarnaast wordt het lichtere uitzendregime buiten toepassing verklaard, wat betekent dat de ketenregeling ook van toepassing wordt op payrollwerknemers. Maakt u gebruik van payrolling dan kunnen deze wijzigingen een negatieve impact op uw kosten hebben.
- Werkloosheidswet
Werkgevers gaan minder WW-premie betalen voor werknemers die in vaste dienst zijn. De premie voor flexibele contracten wordt 5 procent hoger, of 2,94% of 7,94%. Is het dienstverband binnen twee maanden na aanvang beeindigd of krijgt een werknemer binnen een kalenderjaar 30 procent meer uren verloond dan contractueel is afgesproken, dan geldt met terugwerkende kracht de hoge premie weer. Per 2020 moet er op de loonstrook van de werknemer vermeld worden of er sprake is van een contract voor bepaalde tijd. Bij toepassing van de lage ww-premie moet ook een afschrift van de arbeidsovereenkomst in de loonadministratie bewaard worden. Op deze manier kan de Belastingdienst toezien op de naleving van het terecht toepassen van de lage ww-premie.
- Cumulatiegrond maakt combineren ontslaggronden mogelijk
Tot heden moet u met één van de acht ontslaggronden aantonen om een arbeidsovereenkomst met een werknemer te beëindigen. Hierbij moet de ontslaggrond volledig aan de orde zijn. Met de Wab wordt een negende ontslaggrond toegevoegd die het mogelijk maakt om twee of meer gronden te combineren. Hier tegenover staat wel dat de rechter een transitie-, billijke- en additionele vergoeding kan toekennen aan de werknemer.
BTW-correctie privégebruik auto van de zaak
Over het privégebruik van de aan uw personeel beschikbaar gestelde auto van de zaak moet u btw betalen. Een van de mogelijkheden hiervoor is het voldoen van 2,7 procent van de cataloguswaarde van de auto, inclusief btw en bpm bovenop de aangifte. Er kunnen afwijkende regels gelden als de auto bijvoorbeeld ouder dan vijf jaar is.
Communicatie met de Belastingdienst
Per 1 januari 2020 krijgen belasting- en inhoudingsplichtigen de mogelijkheid om aan te geven hoe hun zaken met de Belastingdienst willen regelen: digitaal of op papier. Voor bepaalde berichten, ondernemers en in bepaalde omstandigheden geldt het keuzerecht niet.